Neem een kookpot aangepast aan de grootte van de parelhoen. Kruid de parelhoen met peper en zout. Doe vetstof in de pot en braad de parelhoen mooi goudbruin aan drie zijden.
Snijd ondertussen de ajuin en leg in de pot naast de parelhoen. Voeg de tijm, laurier en look toe en laat op een laag vuurtje onder deksel garen gedurende 35 à 40 minuten. Haal de parelhoen uit de pot.
Doe de champignons samen met de spekjes in de pot en bak ze kort aan. Blus met de witte wijn en kippenbouillon en roer het aanbaksel los met de garde.
Voeg als laatste de room toe. Laat het geheel even opkoken en serveer samen met parelhoen.
